“Een trend is de pest voor architectuur.” Hiermee maakt architect Piet Grouls een statement. Grouls, partner bij architectenbureau Van Mourik uit Den Haag, ontwierp Care Centre Westhovenplein in Moerwijk, een typische Dudok-wijk in de residentiestad. En het moet gezegd: een trend heeft hij niet gevolgd, wel is hij op zoek gegaan naar antwoord op de vragen ‘Waarom?’ en ‘Wat?’. Vragen die per definitie niet trendgevoelig zijn.
Care Centre Westhovenplein bestaat uit vijf woonblokken. Twee zijn gericht op sociale huisvesting en drie blokken op psychogeriatrische zorg. De vijf woonblokken liggen in een tuin, die in de filosofie van de architect een dominante plaats inneemt. Althans binnen het ontwerp. Piet Grouls: “De woningen hoeven niet op te vallen. Woningen zijn immers de coulissen van de stad. Bovendien is architectuur te traag voor grappen. Op korte termijn leuk, op lange termijn ergerlijk.”
De tuin is dus geen bijzaak, maar een wezenlijk, zo niet prominent onderdeel van de woonbeleving. De architectuur is daaraan ondergeschikt gemaakt, maar uitermate functioneel in relatie tot de omgeving. De architect heeft bijvoorbeeld gekozen om de gebouwen afgeronde hoeken te geven. In het samenspel met de gedraaide positie van de woonblokken ontstaat er niet alleen een dynamisch lijnenspel, maar bewoners hebben ook ruimere doorzichten. De ruimtelijkheid wordt ook nog eens benadrukt doordat de tuin tussen en rondom de gebouwen open is, toegankelijk. In plaats van hoge hekken rondom, vormen zestig centimeter hoge, maar lange muren een veel natuurlijker scheiding tussen openbare ruimte en privé. Bovendien zijn deze muurtjes een prima zitplek.
Hoewel de woningen in de opvatting van de architect minder hoeven op te vallen, kun je er ook weer niet om het – wellicht bescheiden – maar intelligente ontwerp heen. Het is een logisch uitvloeisel van de ‘waarom-’ en ‘wat-vraag’. De ramen bijvoorbeeld zijn op een virtueel raster geplaatst, waardoor de ogenschijnlijke willekeurige variatie in breedte beslist niet storend is, integendeel. Die ramen zijn overigens laag geplaatst, zodat iedere bewoner, ook vanuit bed altijd zicht houdt op de tuin. De menselijke maat is altijd aanwezig. Dat is ook de reden waarom de verdiepingen gelaagd zijn door een zichtbare scheidingsrand die door schaduwwerking extra opvalt. Alle gebouwen hebben een gemeenschappelijke ruimte die uitkomt op de tuin. Grouls: “Wij mensen zijn sociale wezens. Het ontmoeten, maar ook het ont-moeten lopen als een rode draad door het ontwerp. Je ziet nu al dat er interacties met organisaties uit de omgeving plaatsvinden.” Dat is volgens Grouls het gevolg van het concept: Individualisering, de vergrijzing, de toename van eenpersoonshuishoudens werken anonimiteit in de hand. Hiermee moeten we serieus rekening houden. De stad moet ruimte bieden voor het vormen van gemeenschappen. Samen wonen, samen zorgen, zoals het geval is in dit project.”
Er is zorg besteed aan materialisatie, kleur en detaillering van Care Centre Westhovenplein. Duurzaamheid is voor Grouls een belangrijke overweging geweest om te kiezen voor aluminium voor de detaillering met muurafdekkappen en waterslagen. Bij de ronde balkons zijn gesegmenteerde muurafdekkappen op hout gemonteerd. Ook is gekozen voor gesegmenteerde waterslagen onder de ramen van deze balkons. “Duurzaamheid is een meetlat voor materiaalkeuze”, zegt Piet Grouls. “Je moet goed nadenken wat je doet met materiaal. We hebben een nadrukkelijke voorkeur voor materialen die niet alleen jarenlang meegaan, maar ook nog eens demontabel en herbruikbaar zijn. De aluminium muurafdekkappen en aluminium waterslagen, die ook nog eens waterdicht zijn, voldoen aan die voorwaarden. Bovendien vergt aluminium nauwelijks onderhoud. Het past wat dat betreft in Levensduurzaamheid, een methodiek die we hebben ontwikkeld en waarmee de materiaalkeuze in een ontwerp afgestemd wordt op de verwachte levensduur en gewenste mate van flexibiliteit van een gebouw. Wat alleszins voor de aluminium detailleringen geldt.”